Nieuwjaarsbespiegeling
Revival van de Nederlandse koe!?
"Een jaar extra levert € 560 per koe op", zo kopte de
Boerderij kort voor de jaarwisseling. En pal voor de jaarwisseling "Nederlandse
veehouderij op een keerpunt, schaalvergroting niet meer de norm" zo bracht
Jaap Gielen, specialist melkveehouderij van Countus het nieuws bij de
bijeenkomst van de Koeien en Kansen boeren. Twee uitspraken die een paar jaar
terug het nieuws niet hadden gehaald. Het tijdsbeeld is in een jaar tijd
gekanteld, zo lijkt het wel. Hoge productie, een grotere veestapel, nog
intensiever is niet meer het credo voor de toekomst. Nee efficiënter de melk én
het vlees produceren dat wordt hét thema van de komende 5-10 jaar.
Minister Schouten heeft kringlooplandbouw tot
norm verheven. Dat levert natuurlijk de nodige discussie op: wát is
kringlooplandbouw, hoe groot moeten we die kringloop zien. Voeg daarbij de
toenemende onrust (begrijpelijk!) over de steeds maar veranderende regelgeving
en de boerenacties zijn verklaarbaar en verdedigbaar.
Toch zien we ook een categorie boeren die zich
niet in de acties kunnen vinden. Zijn zij achterlijk of lopen ze juist voorop.
Veranderingen leveren altijd weerstand op. De voorlopers zien het als: "zie je
wel, ik doe het toch al" en de grote massa zal zich er aanvankelijk tegen
verzetten, maar gaan op de duur toch meedoen. Dat hebben we in de 70-er jaren
ook gezien bij de omschakeling van de originele Nederlandse koeienrassen naar
de veel hoger productieve Holstein koe. Staan we hier nu ook op een keerpunt?
Het zou zomaar eens kunnen. De aandacht voor de
oorspronkelijke Nederlandse koeienrassen neemt toe. En wat vooral veelbelovend
is dat er ook meer en meer jonge veehouders kijken naar de mogelijkheden die
deze rassen bieden. Zo zien we de Blaarkop, de Fries Hollandse, de Fries
Roodbonte en de MRIJ koe steeds vaker in de publiciteit. En niet alleen in de
publiciteit, maar ook komen we ze weer vaker tegen in de stallen en op de
stierenkaarten van de fokkerij-organisaties.
Terecht: het zou zomaar kunnen. Deze koeien
zijn eeuwenlang gefokt om vooral van het lekkere Nederlandse gras de lekkerste
melk te maken. Maar daarnaast zijn het ook nog een koeien die met gemak een
lactatie, en ook nog wel meer, extra mee gaan. De oorspronkelijke Nederlandse
rassen zijn ook al jaren lang gefokt op levensduur. Minder jongvee-opfokkosten,
minder slijtage, minder voerinname. En waarschijnlijk ook een lagere
stikstofuitstoot. Deze koeien zijn passend voor het bedrijf van de
toekomst.
Toch moeten we ook reëel zijn, de melkproductie van deze
koeien is en blijft lager dan die van de Holstein-zus. Het ministerie van LNV
heeft dat ook ingezien en komt met een premie per melkgevende koe op een
melkleverend bedrijf van € 150,- per koe per jaar. Ook mede daardoor zijn de
originele Nederlandse koeienrassen een interessante optie voor de melkveehouder
van de toekomst. Dus steek nu in op de weg en kies voor de koe van de toekomst:
Fries Roodbont, Fries Hollands, Blaarkop, Brandrood, Lakenvelder en/of MRIJ.
(De MRIJ valt niet onder de zeldzame rassen en kan daarom niet op een premie
rekenen).
En tot slot wens ik u allen een heel goed, gezond en ‘goed gefokt' 2020 toe!
Durk Durksz